Onlangs ontving de SMV een brief van een examinatrice bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen. Tijdens haar werk werd zij door een examenkandidaat bedreigd. In de rubriek ‘Het woord is aan’ vertelt zij haar verhaal:
“Ik ben examinatrice bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen. Helaas overkwam mij laatst iets schokkends. Een examenkandidaat meldde zich voor het afrijden. De jongeman was al erg opgefokt toen hij aan de rit begon. Eigenlijk kon ik van begin af aan helemaal niets goed doen of goed zeggen, alles riep een boze reactie bij hem op. Zoals dat van mij als examinator verwacht mag worden, bleef ik vriendelijk, beleefd, correct tegen hem. Ik zal u het hele verhaal van de rit besparen. Er gebeurde veel, dat kan ik wel zeggen. En op een zeker moment had de kandidaat natuurlijk wel in de gaten dat hij niet meer ging slagen. Dat uitte hij ook door opmerkingen als: “Het maakt nu allemaal toch niets meer uit”.
Daar is niks verkeerd aan. Het is zeker ook begrijpelijk dat hij teleurgesteld was. Alleen… vanaf dat moment ging hij als een idioot tekeer in het verkeer. Hield zich niet meer aan regels, had geen enkel oog voor de veiligheid van anderen op de weg. En nog minder voor mijn veiligheid! Ik moest vanaf dat moment werkelijk alle zeilen bijzetten om alles en iedereen heel te houden. Tegelijkertijd was ik in gedachten druk met afwegen hoe ik de situatie zou gaan oplossen, wat de beste route terug was naar het CBR, wat ik wellicht na terugkomst kon verwachten aan agressie, enz. Daarom moest ik zorgen dat ik ook weer niet te snel terug zou zijn op het CBR, want dan zouden mijn collega’s er nog niet zijn en stond ik mogelijk alleen tegenover deze kandidaat! Intussen moet je ook nog zorgen dat je op de juiste manier blijft communiceren met zo’n jongen: zorgen dat je hem niet provoceert, maar tegelijk ook zorgen dat je duidelijk bent en grenzen aangeeft.
Op een zeker moment, bij het zoveelste incident, heb ik hem duidelijk gemaakt dat ik zijn gedrag niet langer accepteerde. Ik wees hem er zeer duidelijk op dat hij zich aan de regels moest houden, de veiligheid van anderen in acht moest nemen en dat hij zijn frustraties niet kon botvieren op het verkeer. Zijn antwoord daarop was :“Ik ga mijn frustraties straks op jou botvieren!” En ik kan u zeggen dat de toon waarop dat gezegd werd en de blik die ik erbij kreeg, weinig aan mijn fantasie overlieten! Het was voor mij op dat moment zéér bedreigend! Na afloop van het examen heb ik tegen de instructeur gezegd dat ik deze jongeman ging aanmelden als ‘agressieve kandidaat’. Daarop probeerde de jongeman nog om bij me te komen, al roepend: “Wat nou agressief!!” Gelukkig hield zijn instructeur hem tegen en trok hem mee de zaal uit.
Dergelijk gedrag is voor het CBR totaal niet acceptabel. Er is dan ook een protocol voor dit soort situaties. Onderdeel daarvan is dat ik aangifte doe bij de politie van bedreiging. Ik had zelf al een verslag gemaakt van de hele rit, dat had ik ’s avonds al gelijk gedaan, toen alles nog vers in mijn geheugen zat. De afdeling Juridische Zaken van het CBR had mij van tevoren aangegeven dat ik op de vraag van de verbalisant of ik mij ‘wil voegen in het proces’, absoluut ‘ja’ moest antwoorden. Dat is een vaste vraag die een verbalisant moet stellen. Net als het aanbieden van slachtofferhulp.
Samen met mijn leidinggevende heb ik aangifte gedaan, het verslag hebben we meegenomen. De verbalisant op het politiebureau, die de aangifte mocht opnemen, maakte op mij vanaf de eerste minuut een ongeïnteresseerde indruk. Na een korte uitleg van mij over wat er gebeurd was, kwam hij ook al gelijk met het oordeel dat ze daar niets mee konden. De bedreiging was ‘niet concreet’ genoeg (!), waarop ik hem wat cynisch heb gevraagd of ik een volgende keer dat ik bedreigd word, dan maar moet vragen aan de dreiger of hij alsjeblieft wat specifieker kan zijn..?! Na enig aandringen van onze kant, ging hij uiteindelijk toch maar aan de slag met het opmaken van het proces-verbaal. Vooral toen ik aangaf dat wij, als examinatoren van het CBR, ook een publieke functie uitoefenen en daarmee gelijkgesteld zijn – wat dit soort dingen betreft- aan bijv. ambulancepersoneel!
Verbalisant heeft ons na een uurtje weggestuurd met de mededeling dat hij het proces-verbaal zou opmaken aan de hand van mijn zelfgemaakte verslag. Dat door hem gemaakte proces-verbaal zou hij mij dan toesturen, zodat ik het kon nalezen en ondertekenen als ik het ermee eens was. Bij het opnemen van de aangifte is overigens niets gevraagd over ‘het voegen in het proces’ en is er ook geen slachtofferhulp aangeboden.
Een week later ontving ik het proces-verbaal inderdaad. Ik heb het doorgelezen, overleg gehad met onze afdeling Juridische Zaken, omdat ik wat dingen miste in het geheel (nl. slachtofferhulp en de vraag van ‘voegen in het proces’). Juridische Zaken heeft mij uitgelegd hoe ik het verder moest aanpakken. Twee dagen later, nog vóór ik het proces-verbaal ondertekend kon terugsturen (de enveloppe lag nog gewoon bij mij thuis op tafel!), ontving ik een brief van de politie met de mededeling dat ze mijn verhaal inhoudelijk hadden beoordeeld en het besluit hadden genomen de aangifte niet in behandeling te zullen nemen!
Kunt u zich voorstellen dat ik eerst heel verbaasd was toen ik die brief las, en vervolgens ontzettend boos werd? Tijdens die bewuste rit heb ik zo’n 20 minuten lang, allerlei gevaarlijke verkeerssituaties doorstaan, alles moeten doen om de veiligheid van anderen te waarborgen, mijn eigen angst aan de kant moeten zetten, ben ik bedreigd en vervolgens terug op het CBR bijna aangevallen. Maar daar doet de politie niks mee want ik ben niet door die kandidaat ‘met de dood bedreigd’!
Er is van de zijde van de politie geen enkele interesse in mij getoond. Nog geen “Jeetje, hoe gaat het nu met u?” Er wordt volledig voorbijgegaan aan het feit dat weliswaar die bewuste rit voorbij is, maar daarmee de dreiging niet weg is voor mij! Want wat als ik die jongeman in de stad tegenkom? Wat als die jongeman mij thuis weet te vinden? Hij heeft tenslotte een standaard email van het CBR ontvangen met daarin de uitslag van het examen met de naam van de examinator! Wat als die jongeman mijn naam in het telefoonboek opzoekt en verhaal gaat halen…. Dan staat hij aan de deur bij mijn hoogbejaarde ouders! Want ik sta niet in het telefoonboek! Wat als ik die jongeman op de weg tegenkom (niet ondenkbaar, want hij rijdt zonder rijbewijs rond!!). Allemaal scenario’s die helemaal niet zo ondenkbaar zijn. Maar niemand die daar wat mee doet, die daar aandacht aan besteedt! Nee, de bedreiging was niet concreet genoeg. Dus gaan we maar afwachten tot hij het concreet maakt?! Tot ik in een mortuarium lig of halfdood in het ziekenhuis? Tot mijn ouders iets is aangedaan? Kunt u zich voorstellen dat ik hier helemaal niets van begrijp?
Daarnaast vind ik dat er op deze manier een totaal verkeerd signaal wordt afgegeven aan de betreffende jongeman! Hij komt dus gewoon weg met dit soort gedrag! Niemand die hem tegenhoudt. Eigenlijk is het signaal gewoon “doe maar waar je zin in hebt, knul!”
Weet u wat ik nu van deze situatie heb geleerd? Ik ga een volgende keer geen aangifte doen. Waarom zou ik? Na een dergelijke ervaring voel je je ellendig genoeg! Daar hoef ik niet ook nog de ‘kater’ bovenop van de desinteresse van de politie! Waarom zou ik energie investeren in het doen van een aangifte als de politie die vervolgens toch in de prullenbak gooit? Zo van ‘je zit hier nog om aangifte te doen, dus zo erg was het niet wat je overkomen is’!
Dit kan toch niet de bedoeling zijn? Zijn we werkelijk zo diep gedaald in Nederland? Is de bureaucratie echt zover doorgeslagen dat de politie pas iets mag doen als de bedreiging luidt : “Ik schiet je overhoop!” En dan zijn we met z’n allen verbaasd dat er geen respect meer is voor de politie? Verbaasd dat mensen steeds meer het recht in eigen hand nemen? Gaan we over een aantal jaren hier hetzelfde zien als in de Verenigde Staten, nl. dat iedereen met een wapen op zak loopt, ter zelfverdediging? Is de huidige manier van omgaan met dit soort situaties door de politie niet zoiets van “als het kalf verdronken is,…”? Tenslotte gaan ze pas iets doen als er daadwerkelijk iets is gebeurd! Hoe zit het met preventie? Met ‘voorkomen is beter dan genezen’, enz.?
En natuurlijk is er verder niets met mij gebeurd! Mij is (lichamelijk!) niets aangedaan. En natuurlijk ga ik gewoon door met mijn werk! Maar omdat dit verhaal, een relatief ‘klein voorval’, al zo’n impact op mij heeft (ik sta toch wel redelijk stevig in mijn schoenen), is er dan niet iets grondig mis met de veiligheid in Nederland? Of in elk geval met het gevoel van veiligheid?
Ik wilde graag mijn ervaring met u delen om te vertellen wat het met me heeft gedaan en hoe ontzettend onbegrepen ik me voel als slachtoffer van deze situatie. Ik hoop dat mijn verhaal – als een van de vele voorbeelden uit de praktijk –iets kan bijdragen aan de veiligheid.”
Het woord is aan…
Veiligheid is van iedereen. We geven daarom graag het woord aan een breed scala van externe deskundigen om onderzoeken, ideeën en inspiratie met u te delen.
Het gaat hierbij niet om standpunten van de Stichting Maatschappij en Veiligheid. De stichting is dan ook niet verantwoordelijk voor de inhoud van de rubriek ‘Het woord is aan …’
Heeft u een interessant artikel dat u graag wilt delen? Neem contact met ons op via smv@maatschappijenveiligheid.nl.
Inderdaad een schokkende houding van de ambtenaar die de – nagenoeg verplicht gestelde – aangifte opnam. Ik vind dat zo’n zaak op zijn minst nader moet worden bekeken en dat overwogen moet worden of er een mediation kan plaatsvinden tussen de partijen en vertrouwde steunfiguren. In Utrecht is dit in het kader van Veiligheid Publieke Taak al ruim op gang gebracht. De agressie van die jonge man leek er al te zijn toen het examen begon. Waarom? Wat was er aan de hand? Hoe staat hij nu tegenover zijn eigen gedrag? Vindt hij niet dat excuses op zijn minst op hun plaats zijn? Rijdt hij inderdaad zonder rijbewijs rond? Wat gaan anderen daaraan doen? Kortom, niet per se repressief aanpakken, maar wel aanpakken!! Het CBR zou misschien vaste contacten moeten aangaan met ervaren mediators die standaard in dit soort gevallen aan het werk gaan: beter en kansrijker dan aangiften die verwachtingen wekken die niet waar worden gemaakt (te bezien valt natuurlijk hoe vaak dat gebeurt).
Er vanuit gaande dat alles gebeurd is zoals mevrouw het omschreven heeft kunnen wij, zonder op de inhoud in te gaan, in ieder geval zeggen dat er door de betreffende politie-ambtenaar gehandeld is met bitter weinig gevoel voor empathie. De brief die u ontvangen heeft betreft vermoedelijk een automatisch uitdraai vanuit het politieverwerkingssysteem. Mevrouw heeft de mogelijkheid om, via de voor de politie ingerichte onafhankelijke klachtenregeling, een klacht in te dienen. Zie http://www.politie.nl